Soms heb je van die boeken, die als klassiekers bekend staan, die je gelezen wil hebben. Maar na het lezen van de helft van het boek Gangreen 1, Black Venus heb ik het weggelegd. Zoveel seks zonder doel, daar kan ik echt niets mee. En ik vermoed anderen ook niet.
Sommige boekverfilmingen doen een boek echt geweld aan. En dat is wat Ate de Jong en Rob Houwer hier presteren met Brandende liefde van Jan Wolkers. Het is een typisch voorbeeld van de Nederlandse film uit de jaren ’80: slecht gespeeld, veel nadruk op bloot en de film lijkt vooral gericht op effectbejag en sensatie en niet op het vertellen van een verhaal. En dat terwijl diezelfde jaren ’80 ook de verfilming van Het gouden ei wisten voort te brengen.
Ik vermoed dat ze hebben geprobeerd om filmsuccessen als Turks Fruit te benaderen, maar dat is het zeker niet. En daarom werd Paul Verhoeven groot in de VS en Ate de Jong niet. Maar wat is er dan mis met deze film? Het verhaal voor zover dat er is wordt te traag verteld, het effectbejag is ergerlijk en als kers op de slagroom het nasynchroniseren van Peter Jan Rens. Wat een drama!
Ik had van deze film de slecht recensies al gezien en alles wat erin staat klopt: het is een warrig verhaal en er komen zonder enige logische reden aliens voor in de film. De film lijkt vooral gericht op effectbejag en vervalt daarom maar in herhaling van situaties uit eerdere films. Bovendien valt de film qua verhaal buiten de buiten canon van de X-men. Ook is de uitvoering goedkoper, wat vooral in de slechtere kostuums, met name die van Mistique, zichtbaar is. Jammer.
Oké, het kan dus echt slecht, zo’n prequel. De film roept bij de kijker geen enkel gevoel op. Het is vechten om het vechten, effect om het effect en extreem voorspelbaar. En dat terwijl Wolverine een interessante voorgeschiedenis heeft. Je had hier een prachtige kans en schiet zo ontzettend naast. Zeer teleurstellend.
Dit is zo’n boek waarvan je vooraf al weet dat je er niet blij van gaat worden. Ik zag de auteur bij de vierdaagse wel eens met zijn boeken zitten, maar je mag pas een oordeel hebben over een boek als je het ook hebt gelezen. De titel deed al pijn aan mijn ogen en de inhoud nog meer: de stijl is heel kusntmatig formeel, het aantal bijvoeglijke naamwoorden is veel te groot en worden veel te veel irrelevante details beschreven. En dan al die inhoudelijke gemeenplaatsen zoals de gevonden schoen. Niks voor mij.
Bij Goede Tijden Slechte Tijden maakt het niets uit of je een paar afleveringen mist, je valt zo weer in het verhaal. Datzelfde geldt voor bladzijdes uit het boek De verwarde cavia van Paulien Cornelisse. Na het lezen van de eerste 30% van het boek heb ik met hinkstapsprongen de rest doorgewerkt. Af en toe een bladzijde, passage, hoofdstuk en toen het einde. Niks gemist. Alsof je het script van een slechte debiteuren-crediteuren van Jiskefet leest.
Het enige positieve is dat Cornelisse grappige schetsen neer kan zetten. En een origineel uitgangspunt heeft. Maar ja, om daar nou een heel boek voor te lezen.
Vaak als je met je kind naar de bioscoop gaat, biedt een kinderfilm ook wel wat voor de volwassen kijker. Frozen, Incredibles, Raya en de laatste draak, allemaal films die je op meerdere niveaus kunnen aanspreken: die van de volwassen kijker en die van het kind.
Precies op dat punt slaat De flummels (Extinct in het Engels) de plank volledig mis. Het sprak mijn zoon en een vriendje ontzettend aan. Zij hebben een heel leuke middag gehad. Maar ik vond het helemaal niets: zwak verhaal, geen briljante beeldkwaliteit, te felle kleurstelling die deed denken aan een snoepwinkel waar je anderhalf uur naar moet kijken. Ik ben zelfs afgehaakt en ben een e-book aan lezen. Wat een slechte film!
Stille zaterdag begin mooi. De confrontatie tussen de hoofdpersonen en hun religieuze beschouwingen zijn interessant en je bent als lezer ook benieuwd hoe het met hen verder gaat. Ook de stijl van Désanne van Brederode leest prettig.
Maar dan blijkt op de helft van het boek, dat je nog maar op de helft bent. Het duurt namelijk allemaal te lang. De religieuze beschouwingen gaan storen, de relatie tussen de hoofdpersonen blijkt niet spannend genoeg. Net over de helft heb ik het boek dus toch maar weggelegd.
Ik had nog geen tijd gevonden om mijn leeservaring bij Gebrek is een groot woord op te schrijven. En nu ik er een paar weken later aan toe kom, kan ik me het boek niet eens zo goed herinneren. En dat zegt misschien veel over mijn leeservaring: ik vond het een nogal nietszeggend boek dat ik halverwege heb weggelegd.
En dat terwijl ik zo enthousiast begon. Begin 2020 was ik met mijn leerlingen bij het Literair Café Helmond met Nina Polak en Marieke Lucas Rijneveld. Ik kocht de boeken van beide auteurs en waar Rijneveld helemaal nieuw was, kende ik Polak al van haar werk voor De Correspondent. Maar de roman is mij erg tegengevallen.
Het thema eenzaamheid wordt je als lezer wel heel voelbaar gemaakt. Je voelt je heel alleen terwijl het boek aan je voorbij trekt. Geen moment voel je je verbonden met de hoofdpersoon of één van de andere personages in het boek. Wat de hoofdpersoon meemaakt boeide me ook geen moment, dus na verloop van tijd heb ik het boek maar weggelegd. Jammer.
Ondanks de titel Fantastische vertellingen vond ik ze alles behalve fantastisch. Terwijl ik Karakter geweldig vond, Bint, Knorrende beesten en Blokken erg goed en Tijding van ver niet zo, loopt het enthousiasme voor Bordwijk in mijn leven langzaam terug. Het is dan ook niet onlogisch dat bepaalde boeken uit zijn oevre nog veel worden gelezen en anderen minder. Laat deze in elk geval maar links liggen.