eIDAS 2.0 is goedgekeurd; feest!

Het logo van eIDAS met de Europese vlag en de namen van de Europese Commissie en eIDAS.

Lang niet iedereen zal van eIDAS 2.0 hebben gehoord, maar beste mensen, het is feest! eIDAS is de verordening die een flinke push kan geven als het om de skillsgerichte arbeidsmarkt, een kleinere macht voor big tech, meer privacy en meer controle van jou over je eigen gegevens gaat.

Wat gaat er veranderen?

eIDAS is Europese regelgeving die ervoor zorgt dat mensen en bedrijven veilig online kunnen communiceren binnen de EU. Het belangrijkste is dat je je eigen nationale elektronische identificatie (eID) kunt gebruiken om toegang te krijgen tot diensten in andere EU-landen. Denk aan belastingaangifte doen, een vergunning aanvragen of je pensioen regelen.

Nieuw is de wallet: een digitale portemonnee. Hierin kun je belangrijke documenten en gegevens bewaren, zoals je identiteitsbewijs, rijbewijs, diploma’s en andere officiële documenten. Met de eIDAS-wallet kun je deze documenten digitaal opslaan en veilig delen met anderen.

Maar daar houdt het niet op: ook andere skillsbewijzen kun je in de wallet gaan opslaan: Open Badges, Certificaten, gegevens van een werkgever, referenties: je hele skillsontwikkeling kun je op deze manier veilig met je meenemen.

Slechts één ingrediënt

Echt skillsgericht werken vraagt om een combinatie van zes essentiële ingrediënten die aanwezig of in ontwikkeling zijn. Het vierde ingrediënt is er nu: de eIDAS-wallet. Maar pas als ze allemaal samenkomen gaat de skillsgerichte arbeidsmarkt echt werken. Wil je dus aan de slag, ik denk graag met je mee over deze zes statements:

  1. Wees helder over wat jullie als skills definiëren, maar sluit je ook aan bij landelijke definities en standaarden.
  2. Wees helder in wat al erkend moet zijn en wees ruimhartig in wat jij gaat waarderen en erkennen.
  3. Wees helder in hoe je skills benoemt, gebruik een breed geaccepteerde skillstaal, maar verlies niet je eigenheid.
  4. Maak gebruik van de eIDAS-wallet mogelijk, gebruik zo min mogelijk data en geef zo veel mogelijk mee.
  5. Draai elk protocol, elke afspraak en elke regel in je organisatie eens om: wat moet er dan anders?
  6. Kijk altijd verder dan je eigen organisatie om te zien hoe het in jouw context beter kan en sluit niet uit dat jouw organisatie die betere toekomst in de weg staat.

Een skillspaspoort tegen personeelstekorten

Logo van het UWV

Onlangs presenteerde het UWV 34 oplossingen voor de huidige personeelstekorten. Dit probleem dat in heel veel sectoren speelt heeft diverse oplossingen, waarbij een skillspaspoort een belangrijk middel kan zijn om deze problemen aan te pakken én mensen die langdurig aan de kant staan te helpen én de administratieve lasten van burgers, bedrijven en overheden omlaag te brengen.

Het uitgangspunt voor deze bijdrage is de praatplaat van Werk.nl en het bijbehorende rapport. Ik zal verschillende van de genoemde oplossingen langsgaan en kort benoemen op welke wijze een skillspaspoort hier behulpzaam kan zijn.

Een van de belangrijkste voordelen van een skillspaspoort is dat men kijkt naar skills (vaardigheden, kennis en gedrag) in plaats van functies. Het bewijs van die skills kun je zelf meenemen en gebruiken. Werkgevers kunnen op deze manier kijken naar wat een persoon kan en welke vaardigheden hij of zij bezit. Dit maakt het mogelijk om talenten zichtbaar te maken in het skillspaspoort en zo de juiste persoon te vinden voor een bepaalde functie. Daarbij ligt de nadruk meer op talenten: al aanwezig of nog te ontwikkelen via scholing en minder op functieprofiel.

Een ander voordeel van het gebruik van een skillspaspoort is dat het gemakkelijk is om gegevens mee te nemen bij het werven van personeel in andere regio’s of wanneer expats naar ons land komen. Met een skillspaspoort kunnen werkgever en werknemer (of zzp’er) gegevens op een eenvoudige en eenduidige manier uitwisselen, waardoor het wervingsproces efficiënter wordt en het inhoudelijk gesprek beter kan verlopen.

Daarnaast kan het gebruik van een skillspaspoort ook helpen bij het inzetten van mensen met een arbeidsbeperking, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of statushouders. Het wordt voor deze groepen makkelijker om duidelijk te maken wat ze wél kunnen en wat hun leerbehoefte is. Zo vinden ze sneller werk dat bij hen past, een opleiding die nodig is om klaar te zijn voor werk en wordt er meer inclusiviteit in de arbeidsmarkt gecreëerd.

Maar als medewerkers al in je bedrijf werkzaam zijn, biedt een skillspaspoort ook voordelen. Zo kan het inzicht geven in het talent dat al aanwezig is binnen de organisatie en kan het helpen om de juiste persoon op de juiste plek te krijgen. Welke skills zijn aanwezig, welke missen en doet iedereen waar hij het beste in is? En dit inzicht maakt het mogelijk om gerichte scholing (zowel intern als bij een onderwijsaanbieder) in te zetten zodat effectief geïnvesteerd kan worden in de ontwikkeling van mensen. En dit inzicht stimuleert zowel werkgevers als werknemers te willen leren en ontwikkelen.

Ten slotte is er ook nog het platste argument: geld. De administratieve belasting van scholen, bedrijven, medewerkers en overheden zijn ontzettend hoog omdat gegevens oneindig vaak moeten worden gekopieerd, gecontroleerd en opnieuw verwerkt. KPMG heeft becijferd (https://kpmg.com/nl/nl/home/insights/2021/06/career-wallets-een-win-win-en-een-no-regret-move-voor-de-arbeidsmarkt.html) dat de HR-lasten flink kunnen dalen bij een succesvolle inzet van een skillspaspoort.

Kortom, alle reden om als UWV in dit middel te willen investeren. Doe dus mee met stichting BlockChange.EU en experimenteer en ontwikkel met ons een skillspaspoort voor iedereen.

Data volgens Somtoday en Magister? Mijn reactie.

Onderwijspodcast.nl heeft een gesprek gevoerd met Somtoday en Magister over de rol van deze platforms in het onderwijs. Vanuit mijn ervaring met beide bedrijven en mijn ideeën over ontwikkeldata in de hele keten van 0 tot 88 enkele observaties uit dit gesprek met Heleen van der Laan (Magister) en Bert Thijs de Jong (Somtoday).

Wat lees je hieronder?

  • Magister en Somtoday zien scholen als eindgebruiker en eigenaar van de data. Maar zijn zij dat wel?
  • Beide bedrijven werken wel aan uitwisselingsstandaarden, maar vanuit welke visie doen ze dat? Blijft het systeem dan niet in stand? En moet de overheid daar niet een grotere rol pakken?
  • Zijn deze bedrijven niet bang voor de individuele gebruiker? Voor de leerling?
  • Hoe moet het dan wel: een gestandaardiseerde structuur voor de hele onderwijs- en arbeidsmarktketen. Decentraal en met de leerling als eindgebruiker.

Wie is de eindgebruiker?

Allereerst valt het mij op, met name in de gebruikte metaforen, dat beide bedrijven nooit spreken over de leerling. Het gaat in alles over de school als eigenaar en eindgebruiker van de data die de bedrijven beheren. Zo wordt door Somtoday gesproken over de stellingkast waar scholen hun data in bewaren. De school doet het kastje open en kan de data gebruiken. Een andere metafoor die Somtoday gebruikt is dat zij één kluis voor de data als basis gebruiken, als fundament waar flexibel applicaties op gebruikt kunnen worden. En Magister spreekt over de school als eigenaar van de data in alle gevallen. Magister verwerkt deze gegevens en geeft ze terug aan de eindgebruiker(!).

Maar is de school wel de eigenaar? Daarover zo meteen meer. Los van die fundamentele vraag, suggereren beide bedrijven dat ze geen marktmacht hebben, dat de school altijd aan het roer staat. Maar dat is natuurlijk niet waar. Om de metafoor van de stellingkast eens verder uit te pluizen: die stellingkast waar de school zijn data in kan opslaan en de leerlingen en ouders inzage hebben, staat wel in een zwaarbeveiligd pand beheerd door Magister of Somtoday. Om toegang te krijgen tot mijn data moet ik langs deze poortwachters. En voor die toegang wordt een flink bedrag gevraagd en bij Magister is daar de laatste weken ook stevige ophef over

Uitwisselingsstandaarden

Als je dan zou willen overstappen, is een uitwisselingsstandaard nodig en ook daarover wordt in de podcast gesproken. In Nederland is geen centrale standaard, zoals die er in de VS en het VK wel is. Beide bedrijven zitten aan divers overlegtafels, maar werken ook aan een eigen standaard. Somtoday is daar het meest expliciet in.

Maar wil je dat? Een standaard ontwikkeld door een marktpartij? Vergelijk het met Maersk dat in het containertransport een nieuwe standaard wilde neerzetten. Het was moeilijk om concurrenten te overtuigen gebruik te maken van een systeem gebouwd door de concurrent.

Het alternatief is samen organiseren en beide bedrijven zien dat als een hoger goed. Maar dat leidt tot overlegtafels, jarenlange gesprekken en weinig resultaat. Somtoday vraagt zelfs letterlijk om overheidssturing op dit punt.

Daarnaast is dit systeem gebouwd vanuit de wensen en problemen die een bedrijf als Somtoday heeft. Vanuit de instituties in de onderwijsketen dus. Daarmee is zo’n standaard dus niet gericht op het ontwrichten of veranderen van de markt, maar op de oplossingen voor de problemen van vandaag.

Angst voor het individu

De onderliggende problematiek lijkt de angst voor het individu, de angst voor de eindgebruiker. Waarom niet die ruwe data geven aan de leerling? Waarom is díé niet de eigenaar en eindgebruiker maar de school? Waarom moet de data er vooral op gericht zijn stuurinformatie te genereren voor scholen (Magister)? Of waarom op het beantwoorden van de juiste onderzoeksvragen, mede door de business intelligence medewerkers van Somtoday?

Magister stelt zelfs dat als je ad hoc ruwe data uit het systeem beschikbaar maakt, er zorgen over de continuïteit en stabiliteit van het systeem ontstaat. Omdat het individu dingen kan doen met het systeem die jij niet van te voren hebt bedacht. Omdat het individu zijn data kan meenemen uit jouw systeem. Maar waarom richten we dat niet in?

Wat dan wel?

We moeten toe naar een nieuwe architectuur. Waarbij de data verbonden zijn aan het individu. Op de eerste plek waar iemand het systeem binnenkomt worden gegevens vastgelegd. Vaak zal dat de gemeentelijke basisadministratie zijn, maar dat kan ook bij een bank of een register gebeuren. Dat wordt de startplek (digitale identiteit) waar iemands data is gekoppeld aan de echt wereld. En elke keer als er in een proces data worden gegenereerd, worden deze aan die digitale identiteit toegevoegd of ze worden verwijderd of gewijzigd. Zo kunnen organisaties zich richten op de processen waar ze goed in zijn, ontstaat een veiligere (GDPR-proof) omgeving en kunnen we via een servicelaag administratieve en ICT-lasten terugdringen.

Column D66 – De ultieme terugblik

Mijn laatste column als voorzitter van D66 ‘s-Hertogenbosch wordt de ultieme terugblik. Na 12,5 jaar stop ik als afdelingsbestuurder binnen D66. 12,5 jaar waarin ik met veel mooie en fijne mensen heb mogen samenwerken, 12,5 jaar waarin ik met D66 de electorale bodem heb gevoeld, maar ook jaren waarin we klaar waren voor de klim, resultaten boekten en winst op winst op winst haalden.

Ik ben trots op wat we hebben bereikt, trots op de weg die we samen hebben afgelegd en trots op de manier waarop de vereniging er in ‘s-Hertogenbosch en het land voor staat. Van houtje-touwtje, van beweging die na de implosie snel opgeheven kan worden, van vrijwillig en soms ook een tikje vrijblijvend naar robuust, toekomstbestendig en professioneel gezellig.

Nijmegen 2005

Straatactie in de Marikenstraat

In 2005 startte ik onder de vleugels van toenmalig afdelingsvoorzitter Henk Beerten, nu lid van het Landelijk Bestuur, samen met Richard Mekking (penningmeester) en Jeroen Bijl (secretaris) in Nijmegen. Al snel nam ik ledenbeleid en campagne onder mijn hoede. We wilden bouwen aan een kennis- en kundebestand en een lijst vrijwilligers met wie we elke maand de straat op konden.

Mijn allereerste telefoontje met een lid dat we nog nooit hadden gesproken weet ik nog goed: Sophie Molema. Ze vond het leuk dat ik belde, wilde graag actief worden en werd al snel lid van het bestuur. Er volgde een groep van zo’n 30 vrijwilligers waar ik regelmatig op kon terugvallen. Ondanks het feit dat we landelijk behoorlijk in de penarie zaten, werden we in Nijmegen met twee zetels in de raad groter dan in de periode daarvoor. Jeroen verhuisde en werd door Leon Wesdijk vervangen, enkele andere bestuursleden kwamen en gingen: Ilhami Yanmaz, Michiel Moret, Rudy Lekkerkerker. Ik werd commissielid in Nijmegen en draaide een jaar mee in de fractie, maar uiteindelijk zou ik Nijmegen gaan verlaten.

Naar ‘s-Hertogenbosch

Eind 2008 verhuisde ik naar ‘s-Hertogenbosch: Hans van Veen en Gerk Oberman waren net begonnen de waakvlam die ze aanhielden op te stoken tot een lekker vuurtje. D66 had geen zetels in de raad vanaf 2006, het bestuur was opgestapt en er gebeurde niets. De twee jaarrekeningen die we begin 2009 nog moesten goedkeuren met de leden bestonden uit 35 euro websitekosten en dat was het.

Diverse leden bezochten echter elke maand de Sireneborrel op de eerste maandag van de maand in de Verkadefabriek. Landelijk werd met Klaar voor de klim gewerkt aan een vernieuwing van inhoud en organisatie. Met huidige minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen aan tafel bij Hans op de Rompert bekeken we de situatie in het Bossche: we waren een ‘rode’ afdeling. Het was nog maar de vraag of we mee konden doen aan de verkiezingen in 2010. Begin 2009 vormden Hans, Gerk, Sander Hölscher en ikzelf een interimbestuur toe en in 2009 kwam daar ook Lenard Schoonen bij. We gingen aan de slag en binnen enkele maanden stond er een programma, een lijst en een behoorlijke club enthousiaste leden, zo’n 80 in totaal, waarvan 20 actief.

Gezamenlijk bouwden we toe naar de verkiezingen van 2010 waarin we met drie zetels terugkwamen in de raad: Jan Smit als fractievoorzitter, Annemarie Hoog Antink, nestor van de fractie en huidig Europarlementariër Matthijs van Miltenburg. Gerk werd vervangen door Fanne Pouw, Camille van den Akker trad toe tot het bestuur en met vijven bouwden we verder aan onze groeiende afdeling die richting 150 leden ging

Secretaris af

Campagne voor de verkiezingen in 2014

Ikzelf stopte in 2013 als secretaris vanwege een nieuwe baan, midden in het jaar waarin we probeerden toe te groeien naar de verkiezingen van 2014. Robbert van Schaik en daarna René van den Kerkhof namen mijn secretarisrol over, maar legden die ook weer neer vanwege hun ambities op de kandidatenlijst. Uiteindelijk ging Jannes van Hove met Hans, Fanne, Lenard, Camille en mijzelf verder op weg naar een nieuw programma, een nieuwe lijst en een nieuwe campagne. Maar wanneer zouden de verkiezingen zijn? In maart? Of pas in november? We bereiden ons voor, zetten de plannen even in de koelkast om uiteindelijk in november 2014 naar de stembus te gaan.

Dat rond die verkiezingen niet alles goed ging werd in de loop van de weken na de verkiezingen helder. In de aanloop zaten weeffouten in het proces en na de verkiezingen liep niet alles lekker in de nieuwe fractie. Toen ik in april 2015 voorzitter werd, was de motie die opriep tot een onderzoek dan ook mijn eerste belangrijke taak. Het rapport kon enkele maanden later gepresenteerd worden en met de lessen die we leerden hebben we in 2017 ons voordeel gedaan.

D66-bestuur per september 2017

Bovendien moest er in het bestuur nieuwe richting gevonden worden: zowel inhoudelijk als qua bemensing. Hans en Lenard hadden aangekondigd in april te stoppen; Fanne, Jannes en Camille stopten later in 2015 in het bestuur. Nicolette Schaapsmeerders, Petra van Dooren en Thijs van Rens traden toe tot het bestuur en later voegden ook Sabina de Lange en Sander Gravenberg zich bij hen. Na de afhandeling van het onderzoek werd aangevangen de afdeling in korte tijd een stap verder te brengen waarbij ontmoeting centraal stond: inhoudelijk in steunfractie en themagroepen, gezellig op de borrel en met andere afdelingen in regio-overleg. 

Anderhalf jaar na de start van het bestuur in nieuwe samenstelling, begon de voorbereiding op nieuwe verkiezingen. Verkiezingen die twee maanden achter ons liggen en waar we met veel plezier en trots op kunnen terugkijken.

Trots

Er is veel waar ik met trots en blijdschap op terugkijk. Drie zaken wil ik hier in het bijzonder noemen. Allereerst de Europese Campagne van 2009 waar ik aan mee mocht werken. Een nieuwe huisstijl, een nieuwe strategie en een positieve uitstraling leverden niet alleen veel zetels op, maar ook een goede impuls aan de vereniging. Ik heb daar veel geleerd waar we in diverse andere geledingen nog ons voordeel mee konden doen.

De Jet de Bussypenning

Daarnaast ben ik trots op onze terugkeer in ‘s-Hertogenbosch. Niet dat het allemaal vlekkeloos is gegaan, maar van een clubje met minder dan 80 leden, geen zetels en geen activiteiten zijn we opgeklommen naar een club van bijna 300 leden, 70 actieve mensen bij de verkiezingen in 2018, 5 zetels, een tweede collegeperiode en elke maand minimaal één activiteit.

Mijn laatste moment van trots betreft het ontvangen van de Jet de Bussypenning. In 2014, op een moment in mijn leven dat er veel gebeurde, kreeg ik in de Beurs van Berlage de landelijke penning voor leden die zich lokaal buitengewoon hebben ingespannen. De penning ligt op mijn bureau en ik zie hem elke dag liggen, elke dag met trots op alles wat ik tot nu toe met D66 heb meegemaakt!

Column D66 – Een mooie club mensen

Ik heb in een vorige column al eens geschreven dat actief zijn voor D66 vooral ook een gezellige hobby is. Je draagt op allerlei manieren bij, wil de samenleving beter maken, mooier maken, maar het gaat er ook om dat je met elkaar leuke dingen doet. En dat doen we bij D66.

Zo hadden we een prachtige nieuwjaarsborrel: vele leden uit ‘s-Hertogenbosch en veel andere gemeentes in Brabant bezochten de Jongens van De Wit: ruim 150 mensen zagen de uitreiking van ons verkiezingsprogramma aan minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken.

Zo’n borrel is er elke maand. Wat in 2009 begon met de Sireneborrel op de eerste maandag van de maand om de afdeling weer op te bouwen, is nu uitgegroeid tot een maandelijkse borrel met soms meer en soms minder leden, maar altijd een gezellige sfeer en inhoudelijke discussie.

En dan zijn er nog onze toppers, onze kandidaat-raadsleden. Zij organiseerden 19 januari een gezellig diner voor de leden. Vier heerlijke gangen en vele leuke gesprekken over politiek, maar ook zwangerschappen, persoonlijke omstandigheden, verhuizingen en verbouwingen passeerden de revue.

En dan komt er ook nog veel moois aan: gezellige campagneactiviteiten; samen de straat op, de wijk in en met mensen in gesprek en 2 februari een gezellige borrel met veiling. Al het geld komt ten goede aan de campagnekas en u kunt naar huis met van alles: van een compleet kinderfeestje tot een robuuste houten eettafel. Komt allen en doe mee met onze gezellige en mooie club mensen!

D66: degelijke politiek in een turbulente periode

Sinterklaas is net het land uit en heel ‘s-Hertogenbosch bereidt zich voor op kerst. Hoewel Joris’ kerstboom al een tijdje klaarstond en de aankleding van de Parade net op tijd af was, blijft het ook nog een paar maanden Sinterklaas. Partijen zullen de komende tijd gaan strooien met ideeën voor een betere stad en in sommige gevallen ook met zakken geld die daarbij horen.

Ook wij voltooiden vorige week ons verkiezingsprogramma. Veel nieuwe ideeën voor de stad, maar vooral ook een voortzetting van het solide beleid dat we hebben ingezet in de afgelopen periode. Vooruitstrevend, gericht op een gezonde toekomst en kansen voor iedereen. Maar dat is niet waar de kranten bol van staan deze weken.

Het vertrek van wethouder Van Son van Rosmalens Belang, de terugtrekking van Bosch Belang uit deze coalitie, de duiventil die is ontstaan bij o.a. VVD en datzelfde Bosch Belang, de afsplitsing van Knillis en een jaar geleden al de afsplitsing van Gewoon ge-DREVEN; het is onrustig in de lokale politiek van ‘s-Hertogenbosch. En dat is alles behalve een feestje.

Ondanks dat de rest van het college stevig doorwerkt aan het voortzetten van het beleid en de opmaat naar een nieuw college vanaf april/mei 2018, heeft dat uiteraard invloed op de slagkracht van de lokale politiek en het vertrouwen van de inwoners in hun bestuur. En daarin laat D66 onverminderd zien kwaliteit te kunnen leveren.

Wij laten zien dat een landelijke partij ook lokaal kan zijn en een lokale partij ook landelijk. Zoals Alexander Pechtold het op het congres in Leeuwarden zei afgelopen maand:

Dit is het grote verschil tussen D66 en de puur lokale partijen. Die zijn als een snelweg zonder afrit. Natuurlijk, ze hebben wortels in de gemeenschap, maar geen toegang tot de boomtoppen van Brussel of het Binnenhof.

Dat geldt niet alleen voor de inhoud, maar ook voor de kwaliteit die je op het gebied van mensen en ideeën kunt leveren. Onze afdeling heeft bijna 300 leden uit allerlei wijken en dorpen in onze gemeente, deze mensen zijn actief bij allerlei organisaties van scholen tot sportverenigingen en van sociale organisaties gericht op maatschappelijke ondersteuning tot duurzaamheidsinitiatieven. Daarmee zijn we een van de grootste politieke organisaties in onze gemeente, vele malen groter dan diverse lokale partijen en met stevige wortels in de gemeenschap.

Maar we hebben ook korte lijnen met Brussel, via Matthijs van Miltenburg,  toegang tot ondersteuning bij de selectie van kandidaten en expertise op het gebied van campagnevoeren, visie uitzetten en financiële degelijkheid in je partij. We kunnen gebruik maken van de ervaring in andere gemeentes en landelijke inzichten in moeilijke dossiers als de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Kortom: we kunnen ons met vaste voet aan de grond in de gemeente optrekken aan de ervaringen van anderen. En anderen doen dat bij ons.

En daarmee zijn we klaar om degelijke lokale politiek te voeren in een versplinterde raad vol onervaren fracties. Met een duurzaam programma, een vooruitstrevend programma, een menselijk programma zijn wij klaar om de volgende collegeperiode te leiden. Doet u daaraan mee? Voer campagne in uw buurt, ga stemmen op 21 maart en als u dat niet al bent: word lid van D66!

Column D66 – Bestuursleden gezocht

Bestuursleden gezocht. Als je erop googelt, zoals ik ter voorbereiding op deze column deed, vind je nogal wat organisaties die bestuursleden nodig hebben. De Epilepsievereniging, Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid, badmintonclub Linne, de Zonnebloem en dan heb ik alleen nog maar een paar voorbeelden van pagina 1 gepakt. Voor een vrijwilligersorganisatie blijft het altijd een uitdaging om mensen te vinden die zich committeren aan een periode bestuurswerk.

En toch is het een van de leukste en leerzaamste plekken in een organisatie. Het leukst, omdat je met een club mensen samen aan hetzelfde doel werkt; in ons geval D66 tot een prettige en productieve partij maken. Dat doe je door het organiseren van gezellige avonden met inhoud, door in gesprek te gaan met mensen uit je eigen omgeving en in een club die vooral ook een gezellige hobby moet zijn.

Je komt in het hart van de vereniging te zitten. Waar de fractie en wethouders zich op de actuele politieke situatie richten, kun je als bestuurder langer vooruit werken en ben je bezig met de mensen op de achtergrond. In feite werk je toe naar de volgende verkiezingen, waar de gemeenteraad en het college het moeten doen met de uitslag van de vorige verkiezingen. Je leert op die manier de vereniging snel kennen: de mensen die nu met de inhoud bezig zijn, bestuursleden en fracties uit andere afdelingen, de regio en de landelijke vertegenwoordigers. Je bouwt op die manier een mooi netwerk op waarmee je mooie dingen kunt doen voor de afdeling. En mocht je later in de politieke arena actief willen worden, dan kun je je ervaring en netwerk inzetten voor je eigen woonomgeving.

En wanneer je twijfelt over je deelname aan het politieke spel in een gemeenteraad, dan is het een prachtige plek om te zien of de politiek bij jou past, in je leven past en welke bijdrage je daarin kunt leveren. Je staat wat meer aan de zijlijn, het kost je geen 20 uur per week, maar je krijgt wel een direct kijkje in de keuken. Zie het als het trainingsveld van de voetbalclub: is voetballen wat voor je? Maar je hoeft niet direct in de champions leaugue mee.

En voor ieder is er wat te doen. Het bestuur bestaat uit 7 rollen (liefst ook verdeeld over 7 personen). Naast een voorzitter (leiding nemen en externe contacten), secretaris (organisatie en interne communicatie) en penningmeester (financiën) zijn er vier algemene bestuursleden: ledenbeleid (leden werven en activeren), campagne&communicatie, talentontwikkeling&opleiding en de politiek secretaris (inhoud en debat). En met elkaar organiseer je van alles, van borrels tot masterclasses, van online en offline campagne tot inhoudelijke debatavonden.

D66 ‘s-Hertogenbosch zoekt in de komende tijd diverse bestuursleden. Per direct zoeken we een politiek secretaris, secretaris en bestuurslid ledenbeleid. Vanaf mei 2018 zoeken we een nieuwe voorzitter, per januari 2019 een bestuurslid campagne&communicatie en een penningmeester en per maart 2019 een bestuurslid talentontwikkeling&opleiding. Interesse? Kom kletsen over wat je wil, kom meekijken in een bestuursvergadering en kom meedoen!

Column D66: De lijst

De kandidatenlijst is altijd een belangrijk en beladen onderwerp in aanloop naar de verkiezingen. Landelijk waren er 150 kandidaten voor 50 plekken. In ‘s-Hertogenbosch zijn we ook druk bezig om onze 50 plekken te vullen. De kandidaatstellingsperiode is inmiddels verlopen en de lijstadviescommissie rondt vandaag haar werkzaamheden af. Vanaf 12 september gaat de e-voting van start.

Die lijstsamenstelling kent binnen D66 een nogal rumoerige geschiedenis. De leden bepalen al vanaf het begin de volgorde van de kieslijst. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld VVD of CDA waar het bestuur dat deed. Daar zijn inmiddels ook veranderingen zichtbaar, maar al vanaf 1966 heeft elk lid zijn stem in het proces binnen onze partij.

Maar niet alle leden kennen alle kandidaten. Dus werd een stemadviescommissie in het leven geroepen die een stemadvies ging geven aan de leden. Maar dan ontstaat de discussie: gaan mensen dan niet slaafs de leiding volgen, gaan we dan niet naar het VVD- of CDA-model? Dus besluit het landelijk bestuur begin deze eeuw om met voorverkiezingen te gaan werken. Het systeem wordt ingevoerd, één keer geprobeerd, geëvalueerd en op een congres weer afgeserveerd. Er is flink wat discussie in de plenaire zaal tussen de democratische hardliners die de voorverkiezingen willen houden en de pragmatici die vinden dat een stemadviescommissie beter werkt. In de laatste jaren is de discussie over het stemadvies meer gaan liggen; het is onderdeel geworden van elke afdeling en elke landelijke verkiezing.

Lokaal werken we al sinds 2009 met een lijstadviescommissie. Een commissie die de kwaliteit van de kandidaten beschouwt, overziet welk team er na de verkiezingen kan staan en een advies geeft aan de leden over de volgorde. Maar het blijft een advies: elk lid kan in de e-voting zelf een volgorde aangeven en de stemuitslag is onze volgorde.

Veel wijsheid bij het stemmen en graag tot 12 september bij het debat tussen de kandidaten.

Longpath (www.longpath.org) for BlockChange.EU

Longpath is a strategic moral philosophy used by individuals, organizations and governments to drive positive, immediate and futures focused change. In this text I have made a longpath for BlockChange.EU.

1. Transgenerational ethics

What are the ethics BlockChange.EU is based on? Equality mainly. When you want equal chances for everyone, you want to have means to let everyone show what they can do. Not the amount of money or the family or country you were born in should be a decisive factor in where you end up in the world. You talents, work ethic, experience should count. That is why BlockChange is based on the idea of a meritocracy. Your merits, what you have done in life and who you have become should determine your chances in life. And this works for all generations: not just ours that comes from a time where a college paper was the end of learning and the start of working; not just ours that lives in a time of transformation, but for all generations.

2. Futures (vs. future) thinking

Thinking of futures, possible outcomes of the way the world has developed until today, we see that the field of education has always thought about the possible future. We teach children what they will, should or could need in their future. Changing curricula, discussions about the 21st century skills and the slight conservative approach of most teachers when it comes tot changing the way they teach or what they teach: it all has to do with the uncertainty of the future.

At this moment you see several possible futures in the field of education: a future in which knowledge is obsolete, everyone can use devices and technology to obtain knowledge, so education should be based on learning about technology, or learning basic skills like communication and problem solving. Others see a future in which basic knowledge of the world is still valuable and needed. Knowledge shapes the way you look at the world. Some want every student to have his own learning path, no more curricula, just going along with the intrinsic curiosity of children. Others don’t believe in instrisic curiosity or are afraid children won’t step out of their comfort zone and firmly believe in a standardized curriculum.

But what all of these possible futures of education share is that the path you took, the things you’ve done become part of who you are. And to that end: logging your development is key. And not in a diploma or a (standardized) grade, but on a more personal level, either being part of a curriculum or a personal choice in learning.

3. Telos aligned action

Why would we want to change the way we store student data. First and most importantly, people can see and express who they are, what they know and can do. They have a better understanding of what they can contribute to society and have better means of telling others about that.

People can contribute in a more meaningful way and that satisfies them more (Maslov/Herzberg/Covey). People become happier, can make more grounded choices. And society benefits to, because people use their talents better which leads to faster and better results of people undertakings.