Desiderius Erasmus, Lof der zotheid

Beoordeling: 2 sterren

Sommige teksten moet je als neerlandicus gezien en gelezen hebben. Lof der zotheid van Desiderius Erasmus is er zo één voor mij. De tekst is voor mij, als negentiende-eeuwer wel erg complex. De tekst leest niet heel soepel (in de hertaling door J.B. Kan). Dat komt in de eerste plaats door de lange klassieke zinnen, maar ook door de historische achtergrond en maatschappijkennis die nodig is om deze tekst te kunnen bezien in zijn context.

Dat wat Lof der zotheid in zijn tijd bewonderenswaardig maakte, maakt hem enkele honderden jaren later tot een moeilijk te doorwrochten geheel. Ik heb hem uiteindelijk niet uitgekregen: als historisch object interessant, maar niet als literair meesterwerk.

Gerrit Komrij, Niet te geloven

Toen ik mij in 2006 uitschreef bij de katholieke kerk, was mijn interesse voor religie niet verdwenen; hij was zo mogelijk nog groter geworden. In de zomervakantie van 2006 had ik Niet te geloven van Gerrit Komrij gelezen en na jaren van nadenken, hakte ik in september 2006 de knoop door: ik zou mij gaan uitschrijven. Na de malle molen van brieven, bureaucratie en bevestigingen zien binnen te halen was het twee maanden gelukt. Het essay van Komrij was onderdeel van mijn afscheidsproces en gaf mij toen het inzicht dat mijn visie niet op zichzelf stond en mijn twijfel over geloof, kerk, religie en de wereld een positie was ten opzichte van anderen en welke dan.

Onlangs herlas ik Gesprek op den Drachenfels en die tekst deed mij denken aan dit boekje van Komrij. Hoewel je boeken die veel impact hadden in je verleden, meestal niet nog een keer moet lezen om teleurstellingen te voorkomen, deed ik dat toch. En ik was niet teleurgesteld, hoewel het bewustzijn van toen er nu uiteraard niet meer bij was.

Destijds, in 2006, stond ik dicht bij Grijphart, de twijfelachtige gelovige, die interesse heeft in het mysterie, maar afkeer van de kerkgenootschappen. Sinds het losgroeien van mijn katholieke roots begon op mijn 13e ben ik tot mijn 18e opgeschoven naar de positie van Grijphart. Sindsdien ben ik steeds sneller aan het opschuiven naar de positie van Bokvoets, al blijf ik hem te anti-geloof vinden. Geloven en religies hebben een rol in het leven en echt atheïsme (wat vaak inhoudt dat mensen zich volledig tegen geloven keren) is wat anders dan agnosticisme (geen uitspraken doen over het bovennatuurlijke).

Mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar een combinatie van het humanisme en het pantheïsme: uitgaand van de kracht van de mens, maar gelovend in een immanente god, aanwezig in de wereld als alziel. Op die manier is de mens verbonden met de wereld, maar moet je toch uitgaan van de eigen kracht van mensen.

Het prieelgesprek van Komrij lijkt overigens minder op Gesprek op den Drachenfels dan ik had gedacht. Het lijkt meer op de 18e-eeuwse prieelgesprekken, zoals Tprieel van Troyen.

Jacob Geel, Gesprek op den Drachenfels

Beoordeling: 4 sterren

Gesprek op den Drachenfels is een essay waarin Jacob Geel een fictief gesprek beschrijft dat tijdens het beklimmen van de Drachenfels (Duitsland) plaatsvindt. Aan het begin van mijn studie Nederlands (september 2002) heb ik deze tekst gelezen en hij stond mij nog helder voor de geest. Zeker ook omdat ik eind 2006 het boekenweekessay Niet te geloven van Gerrit Komrij heb gelezen, dat een soortgelijke opbouw heeft en mijn herinnering aan Gesprek op den Drachenfels levend hield (die moet ik binnenkort ook weer eens herlezen…).

Van Geels tekst heeft een mooie vorm en is, door het archaïsche taalgebruik en door een maatschappelijke afstand van 200 jaar, niet altijd even goed te volgen. Opvallend is dat de Romantiek die Van Geel beschrijft ook veel trekken van het Realisme heeft. Dat was ik vergeten of is me in 2002 helemaal niet opgevallen. Voor iedereen die een beeld wil krijgen van de visie op Romantiek en Verlichting blijft Gesprek op den Drachenfels een krachtige, mooie en (ondanks historische moeilijkheden) zeer leesbare tekst.

Isaäc da Costa, Bezwaren tegen den geest der eeuw

Beoordeling: 4 sterren

De “puinhopen van het rationalisme”, zo zou je Bezwaren tegen de geest der eeuw kunnen karakteriseren, waarin jurist en letterkundige Isaac da Costa fulmineert tegen het gedachtegoed van de verlichting. Kernprobleem is dat men het christelijk geloof heeft afgedaan als een vorm van achterhaald bijgeloof, met desastreuze gevolgen op alle terreinen van het maatschappelijk leven. Verdraagzaamheid is een excuus geworden voor slapheid. Radicale heethoofden bepleiten afschaffing van de slavernij terwijl de neger toch door God zelf aan de ver boven hem verheven blanke is dienstbaar gemaakt. Door die noodlottige persvrijheid manipuleren de dagbladen de publieke opinie. Werkzaamheden van de overheid en andere instellingen worden belemmerd door “ontelbare reglementen en omslachtige voorzieningen”. *

Negen jaar geleden alweer begon ik aan mijn studie Nederlandse Taal en Cultuur aan de Radboud Universiteit en negen jaar geleden alweer doken we direct de negentiende eeuw in met dr. Rob van der Schoor. Jacob Geel, Gesprek op den Drachenfels en deze Bezwaren tegen den geest der eeuw werden in het eerste college behandeld. Destijds landden de colleges over deze teksten op de nogal brakke grond van een bèta-vooropleiding (profiel Natuur & Techniek). Nu bezit ik het kader om deze tekst te kunnen plaatsen, waarderen en (in al mijn arrogantie, meneer Da Costa) zelfs te kunnen beoordelen.
Het betoog van Da Costa komt voort uit een diepgevoelde emotie. Die emotie wordt verwoord in een betoog dat tegenwoordig wat SGP’ig aan zal doen, maar dat niettemin erg goed geschreven is. Ondanks enkele drogredenen en zwakke argumenten, zit zijn verhaal goed in elkaar. Het is mooi opgeschreven en voor iedereen die zich in de gedachtegangen van Het Réveil en de discussies over de Verlichting moeten deze tekst zeker (her)lezen!

*Bron: KB.nl

Mabel van Oranje, “In vrijheid blijven geloven”

Beoordeling: 3 sterren

“Prinses Mabel schreef het pamflet “In vrijheid blijven geloven” waarin ze haar visie geeft op de open, vrije samenleving. Een visie die de Prinses ontwikkelde tijdens haar werk in Bosnië en bij het ‘Open Society Institute’ van George Soros.

Het pamflet is een bewerking van de H.M. van Randwijklezing die prinses Mabel op 5 mei 2006 hield in de Sint Jacobskerk te Vlissingen.

Persvrijheid, politieke vrijheid, vrijheid van geest en geloof in vrijheid. Vier elementen die aan de basis staan van die open samenleving. Hoe belangrijk de rol van politiek en media ook is, het zijn juist diezelfde instituten die de democratie kunnen bedreigen.*

Het pamflet van Mabel van Oranje is interessant, maar niet verschrikkelijk baanbrekend. Ze haalt voornamelijk Popper aan en ik herken veel van mijn visie op de werkelijkheid en hoe de samenleving eruit zou moeten zien in haar verhaal. Het is echter geen tekst die je aan het denken zet of je visie op bepaalde zaken radicaal kan beïnvloeden of veranderen.
Een positief aspect van dit pamflet is dat ik een keer een andere kant van Mabel zie dan ‘Mabel, de ex van Klaas Bruinsma’.

Een leuke tekst, maar niet erg bijzonder.

*Bron: www.novatv.nl