Theo Thijssen, De gelukkige klas

De gelukkige klas

Beoordeling: 4 sterren

Toen ik de eerste pagina’s van De gelukkige klas van Theo Thijssen begon te lezen, dacht ik dat ik niet zo goed door het boek zou komen. Wanneer je een hele dag les hebt staan geven, is het je verdiepen in de gebeurtenissen in de klas van meneer Staal niet het eerste wat er in je opkomt.

De manier van beschrijven van Theo Thijssen en sympathie die door het verhaal heen spreekt voor de mens achter de leerling, het individu achter de klas. Je gaat meeleven met de klas van meneer Staal en begrijpt steeds beter waarom hij met zijn akte Frans toch niet weg wil van de kleine school waar hij nu werkt.

Voor iemand die werkzaam is in het onderwijs, is dit boek uit 1926 opvallend herkenbaar. Onderwijs is en blijft iets dat in de relatie tussen docent en leerling plaatvindt. De oproep van Jan Siebeling achter in de editie van Nederland leest, waarin hij elke beleidsmaker en politicus die zich met onderwijs bezighoudt oproept dit boek te lezen, kan ik dan ook van harte steunen. Ondanks de wat trage opstart, leuk, voor onderwijzenden herkenbaar en leerzaam voor eenieder die een mening denkt te hebben over het onderwijs.

Mooie zinnenboek – Uit: Theo Thijssen, De gelukkige klas

Theo ThijssenEr is weinig veranderd in onderwijsland in de laatste 100 jaar, zo laat Theo Thijssen zien in De gelukkige klas:

“Maar ik vind het toch een geluk dat ons onderwijs niet afhangt van zulke controle. Stle je voor dat we geen ándere reden hadden om met onze klassen te doen wát we doen – geen ándere reden dan dat we ’t in een schrift moeten zetten…
Wat hebben onze kinderen aan ons werk dat op papier staat? Op papier kan álles – op papier ga je desnoods in de vakantie gemoedelijk door met de les…, op papier kun je verslag doen van nooit gegeven onderwijs. Maar onze kinderen zullen ’t moeten hebben van het wél gegeven onderwijs.”

Uit: Theo Thijssen, De gelukkige klas, p. 81