Paolo Giordano, De eenzaamheid van de priemgetallen

De eenzaamheid van de priemgetallenBeoordeling: 5 sterren

De zevenjarige Alice moet van haar vader elke dag tegen haar zin naar skiles. Op een mistige ochtend zondert zij zich af van haar skiklasje en besluit ze de afdaling alleen te maken, maar ze komt ten val en raakt voor de rest van haar leven verlamd aan een been. Mattia is de helft van een tweeling. Hij is hyperintelligent, zijn zusje Michela is zwakbegaafd.

Als de tweeling wordt uitgenodigd voor een verjaardagspartijtje schaamt Mattia zich bij voorbaat voor het gedrag van Michela en hij besluit om haar op een bank in het park achter te laten met de opdracht dat ze daar op hem moet wachten. Als hij terugkomt is zijn zusje verdwenen en zij wordt nooit meer gevonden. Op de middelbare school kruisen de levens van Alice en Mattia elkaar en er ontstaat een merkwaardige vriendschap. Ze voelen zich vanaf de dag van hun ontmoeting verbonden, maar merken al snel hoe moeilijk het is om wezenlijk contact met elkaar te krijgen.*

De perfectie van De eenzaamheid van de priemgetallen zit ‘m niet in een onderdeel van dit boek in het bijzonder, maar in de perfecte balans tussen verhaal, taal en opbouw.  Bovendien zijn Mattia en Alice mensen waar je je direct in kunt inleven.
Daarbovenop komt ook nog het feit dat Giordano heel goed is in het niet opschrijven van bepaalde zaken, waardoor er juist veel meer op papier komt staan. Dat doet hij vooral bij situaties van plaatsvervangende schaamte. Hier stopt hij op het hoogtepunt, waardoor je niet weet wat de afloop is, maar juist daardoor een veel beter beeld krijgt van de situatie: alles blijft veel beter hangen.
De eenzaamheid van de priemgetallen is alom geroemd en  ik kan mij eenvoudig in dat rijtje juichende recensies aansluiten. Een prachtig boek dat iedereen gelezen zou moeten hebben.

*Bron: Bol.com