In het AD over mijn podcast

Op 24 april verscheen in het AD en verschillende regionale edities het onderstaande artikel. Links naar de originele vind je hier ook:

  • https://www.ad.nl/nijmegen/hoe-zou-het-met-astrid-en-floris-zijn-docent-wim-zocht-zijn-allereerste-mentorklas-vijftien-jaar-later-weer-op~a42bb2cd/
  • https://www.destentor.nl/nijmegen/hoe-zou-het-met-astrid-en-floris-zijn-docent-wim-zocht-zijn-allereerste-mentorklas-vijftien-jaar-later-weer-op~a42bb2cd/
  • https://www.gelderlander.nl/nijmegen/hoe-zou-het-met-astrid-en-floris-zijn-docent-wim-zocht-zijn-allereerste-mentorklas-vijftien-jaar-later-weer-op~a42bb2cd/

Hoe zou het met Astrid en Floris zijn? Docent Wim zocht zijn állereerste mentorklas vijftien jaar later weer op

Hoe zou het met Astrid zijn, het somber ogende meisje in zijn mentorklas waar hij geen grip op kon krijgen? Of met Floris, die wisselde van school? Docent Wim Pelgrim (40) vroeg zich na al die jaren nog steeds af hoe het met zijn eerste mentorklas uit 2008 ging. Dus sprak hij af met zijn leerlingen van toen en nam de gesprekken op voor een podcast.

Marieke Smid 24-04-24, 14:16

Hij weet het nog goed. Wim Pelgrim is 24 en pas een jaar docent Nederlands als hij in 2008 zijn állereerste mentorleerlingen op het Canisius College in Nijmegen ontmoet. Deze jongeren mag hij een jaar lang gaan begeleiden. En helpen met het plannen van hun toekomst.

„Ik was 24 en had nog veel te leren”, zegt de nu 40-jarige Pelgrim. „Maar het was een bijzondere tijd. De leerlingen zijn me altijd bijgebleven.”

Elke week afspreken

Het is inderdaad wonderbaarlijk: vele jaren en duizenden leerlingen later weet de docent nog precies wie er toen bij hem in de klas zat. Hoe ze toen waren, wat ze wilden. Gepassioneerd en vol met interesse vertelt hij over ze.

„Ik voegde ze de afgelopen jaren allemaal toe op LinkedIn, want ik was nieuwsgierig hoe het met ze ging. Die nieuwsgierigheid groeide alleen maar. Toen dacht ik: wat als ik met ze afspreek?”

Hij stuurde ongeveer dertig inmiddels volwassenen een berichtje – ‘Ik kon niet iedereen vinden’ -, negentien mensen reageerden. Hij maakte een plan. Vanaf eind augustus 2023 zou hij elke week met één iemand afspreken. Eén uur lang, via een videomeeting of in het echt. Naast docent is Pelgrim ook podcastmaker, dus nam hij de gesprekken op. Die zijn nu gebundeld in de podcast Mijn eerste mentorklas, 15 jaar later.

Lees verder na de foto

Wim Pelgrim in 2007 en 2023.

Wim Pelgrim in 2007 en 2023. © Eigen foto’s

Bijzondere gesprekken

Het gesprek met leerling Astrid raakte Pelgrim in het bijzonder. In haar brugklastijd was ze depressief, op haar 16de ontdekte ze dat ze autistisch was. „Ze heeft het niet makkelijk gehad. Dat wist ik ook, maar wat er nu echt aan de hand was, daar kon ik geen grip op krijgen. Heel waardevol om het er nu toch over te hebben.”

Wat opviel bij alle leerlingen: niet de lesstof blijft het meest hangen, maar de anekdotes van bijzondere gebeurtenissen op school. Of de vriendschappen. „Een oud-leerling woont inmiddels in Parijs. Toch gingen sommige klasgenoten nog bij haar op kraamvisite.”

De gesprekken waren ‘ontzettend mooi en intensief’, vertelt de docent. „Het leuke was dat ik iedereen echt nog herkende. De essentie van wie je bent, verandert eigenlijk niet. Dat is wel mijn grootste conclusie.”

De docent geeft nog steeds les, zij het in Helmond. Na zes jaar op het Canisius en één jaar op het Citadel College in Nijmegen verhuisde hij voor de liefde naar Brabant. Gaat hij na al zijn gesprekken iets anders doen voor de klas? „Nee, dat niet. Maar: ik ben me er weer eens goed van bewust dat je als mentor veel voor jongeren kunt betekenen.”

De podcast is te beluisteren op Spotify.

Iphigeneia, twee toneelstukken

In juni 2010 heb ik twee voorstellingen van het stuk Iphigeneia (tekstbewerking: Pauline Mol) bezocht. De eerste was op het Canisius College in Nijmegen en de tweede in Den Durpsherd in Berlicum door Gymnasium Beekvliet.

Het stuk is een bewerking van de oude Griekse tragedie waarin Iphigeneia, de dochter van Klytaimnestra en koning Agamemnon, geofferd zou worden door haar vader in opdracht van Artemis. Zo hoopte hij een  gunstige wind te verkrijgen om uit te varen vanaf Aulis voor de Trojaanse oorlog. Iphigenia koos er uiteindelijk zelf voor geofferd te worden. Ze wilde dit voor Hellas doen en bedacht dat ze als heldin in de geschiedenis zou worden beschreven. Artemis had bij de offerande echter medelijden met het meisje en legde een hinde in haar plaats.

Het is leuk te zien dat er tussen de beide schooltoneelstukken veel overeenkomsten en ook verschillen zitten. Zo heeft het Canisius gekozen voor een decor van het strand bij Aulis, waar Beekvliet koos voor een kaal toneel met een rode trap en enkele rode blokken. Daarnaast heeft het Canisius voor een vastere ‘zoneverdeling’ van de spelers gekozen, waar het stuk van Beekvliet dynamischer is. Ook de toevoeging van muziek en dans (Beekvliet) ten opzichte van de puur theatrale versie (Canisius) maakt de twee stukken zeer verschillend.

Wat betreft tekstbehandeling zijn de twee stukken zo mogelijk nog verschillender, al vallen die een bezoeker minder snel op. De regisseuse van het stuk op het Canisius heeft het aantal rollen teruggebracht tot ongeveer 8, waar Beekvliet meer spelers op het podium brengt. Dat maakt het stuk van het Canisius overzichtelijker. Zo zijn de kleine rollen van Paris en Helena geschrapt. Dat is ook niet erg: in het stuk van Beekvliet voegen deze rollen weinig toe.

Hoewel de regisseuse op  Beekvliet meer dan voldoende spelers ter beschikking had, heeft zij veel wijzigingen in de tekst doorgevoerd, waardoor veel rollen  minder ruimte en tekst kregen. Vooral in het geval van de rol van Artemis is dat jammer, omdat deze duistere godin een belangrijke toevoeging aan het geheel van het stuk is.

De overeenkomsten zijn echter nog frappanter dan de verschillen. Beide scholen hebben leerlingen uit voornamelijk de klassen 2, 3 en 4 geselecteerd. En voor veel rollen zijn leerlingen met eenzelfde karakter, uitstraling en soms zelfs uiterlijk geselecteerd. Ook hebben de regisseuses van beide stukken veel gelijksoortige accenten gelegd als het gaat om manier van spelen van diverse scènes.

Beide stukken waren zeer de moeite waard om te bezoeken. De sfeer van decor en aankleding die gekozen was door Gymnasium Beekvliet sprak mij wat meer aan dan de sfeer van het Canisius College, maar de tekstbehandeling van het Canisius vond ik dan weer te prefereren boven die van Gymnasium Beekvliet. In elk geval een compliment aan beide casts en crews: er is een hoge kwaliteit neergezet!