Janwillem van de Wetering, “De verdachte Verheugt” (boekenweekgeschenk 1980)

Beoordeling: 3 sterren

Twee Amsterdamse politiemensen – voor kenners: Grijpstra en De Gier – rijden in hun autootje over de grachten, blij dat de dag erop zit. Maar als ze een oploopje zien en de weinig overzichtelijke situatie eens wat nader in ogenschouw nemen, krijgt hun beroepsmatige nieuwsgierigheid de overhand: het is werken geblazen.
Eerst lijkt het dat er gewoon iemand te water is geraakt, maar dan komen er feiten los: de verdwenen dame, het vermoorde hondje, de heimelijke liefde van een barmeisje, de verkoop van een uitgeverij – vreemde en bedenkelijke gebeurtenissen in het leven van verschillende betrokkenen; aanknopingspunten die ecther als drijfzand aan elkaar hangen…En er is geen lijk!
Totdat een wonderlijke samenloop van omstandigheden de kleurige ballon van verdenkingen en gissingen doorprikt en de werkelijkheid van de gebeurtenissen aan het doortastende tweetal openbaart…*

Dit boekenweekgeschenk is een aardig boek. De politiereeks Grijpstra en De Gier (tegenwoordig weer bekend door de tv-serie bij RTL) lijkt erg op Baantjer en andere reeksen in dit genre, maar vooral wat betreft taalgebruik is Van de Wetering vele malen beter dan Baantjer. Toch blijven het clichés en gemeenplaatsen en is het zo onorigineel als maar kan. Aardig voor op het strand of in het vliegtuig.

*Bron: flaptekst De verdachte Verheugt

[Anoniem], “Esopet”

Beoordeling: 3 sterren

De Esopet is een verzameling van 67 dierenfabels uit de dertiende eeuw. De basis hiervoor ligt in de klassieke oudheid bij Esopus die via diverse vertalingen in de middeleeuwen zijn overgeleverd in het Nederlandse taalgebied.

Het zijn leuke verhalen, niet heel erg bijzonder wat betreft lezerservaring. Bijzonder is wel dat een enkel verhaal uit de Esopet nog steeds bekend is, zoals het verhaal over Reinaert de vos die een kraai te slim af is en zo een kaas bemachtigt.

Anna Enquist, “De thuiskomst”

 Beoordeling: 3 sterren

Voorjaar 1775. Elizabeth Batts wacht in haar huis op Mile End de terugkomst af van haar man, de beroemde zeevaarder en ontdekkingsreiziger James Cook, die begonnen is aan de laatste etappe van zijn tweede grote wereldreis waarin het zuidelijk halfrond in kaart moet worden gebracht. Roem zal zijn deel zijn. Een eenvoudige boerenjongen is als verlichte geest de wereldzeeën gaan bevaren en opgeklommen tot de sociale elite van zijn land. Maar wat zegt dat over zijn merites als echtgenoot en als vader? Vijf kinderen heeft Elizabeth al van hem gebaard. De twee oudsten, Jamie en Nathaniël, hebben hun vader maar weinig gezien. Drie anderen overleden vroeg, haar enige dochter Elly ten gevolge van een noodlottig ongeluk. Wanneer James in de zomermaanden van 1775 inderdaad arriveert, is het de vraag wie Elizabeth in haar armen sluit: een wettige echtgenoot die toch in zekere zin een vreemde blijven zal, of een man die eindelijk thuiskomt, zijn maritieme aspiraties terzijde schuift en eindelijk tijd zal hebben voor haar en de kinderen. Elizabeth raakt al spoedig in verwachting van een zesde kind en alles lijkt erop dat James Cook definitief aan wal zal blijven. Maar wie moet dan het bevel gaan voeren op de Resolution wanneer dat schip, halverwege 1776, zal uitvaren met de bedoeling via de noordelijke doorgang terug te keren? Een historische roman over de Verlichting, Londen, maritieme ontdekkingsreizen, James Cook, maar vooral over de vrouw van Cook, Elizabeth Batts, de achterblijfster, moeder van zes kinderen van wie geen haar overleefde.*

De thuiskomst van Anna Enquist is een interessant boek. Het perspectief, de hoofdpersoon, Enquists manier van schrijven, haar persoonlijke ervaringen met de dood van haar dochter die op de achtergrond een rol spelen bij het ontstaan van dit boek, het leestempo van het boek, maar het is geen heel leuk boek. Het Verlichte komt niet zo heel goed uit de verf en lijkt op sommige momenten (wanneer er wordt getwijfeld over de waarheid) lijken er eerder postmodernistische ideeën in de hoofden van de hoofdrolspelers rond te waren. Al met al een interessant boek dat goed past in het oeuvre van Enquist, maar geen boek dat je voor de plot, het verhaal of de spannende gebeurtenissen moet lezen.

*Bron: Bol.com

Benne van der Velde, “Opgeruimd razen”

Beoordeling: 3 sterren

De gedichten van Benne van der Velde zijn leuk, maar niet ontzettend bijzonder. Van der Velde is een dichter en een aardige mens, maar het is geen wereldschokkende, literiare-wereld-verpulverende poëzie die hij in Opgeruimd razen heeft samengebracht. Ik ben dan ook zeer benieuwd naar zijn nieuwste bundel die dit jaar uit is gekomen.

Anna Enquist, “Hier was vuur”

 Beoordeling: 3 sterren

Ik vind Anna Enquist al zeer lang een goede dichteres en schrijfster. Diverse romans en dichtbundels en ook haar voordrachten uit eigen werk spreken mij zeer aan. Maar de bundel Hier was vuur viel me eerlijk gezegd wat tegen. De passie en kracht die ik in de bundels De tweede helft en vooral in De tussentijd aantrof, ontbreken hier geheel en dat vind ik jammer.
De gedichten in deze bundel lijken zeer onpersoonlijk, zijn vormtechnisch niet heel bijzonder en het lijkt alsof . Het gedicht Mijn zoon is de enige positieve uitzondering hierop. Deze bundel bracht mij niet wat ik er van hoopte. Gelukkig weet ik dat hierna nog erg mooi werk is uitgekomen, dus laten we het een dipje noemen.

Hugo Brems, “Altijd weer vogels die nesten beginnen”

Beoordeling: 3 sterren

Voor het eerst in ruim vijftig jaar verschijnt er nu een nieuwe, complete, chronologische geschiedenis van de Nederlandse literatuur, geschreven als een doorlopend verhaal dat alle recente vondsten en de nieuwste wetenschappelijke inzichten bevat. Deze indrukwekkende reeks iaat zien hoe elke periode op een eigen manier de literaire traditie van Nederland en Vlaanderen heeft gevormd, ontwikkeld en verrijkt.

In dit negende deel beschrijft Hugo Brems de periode 1945-2005. Hiervoor heeft hij deze periode verdeeld in periodes van 10 jaar (1945-1955, 1955-1965 enzovoort), afgewisseld met een hoofdstuk waarin de diverse contemporaine ontwikkelingen in één jaar worden beschreven. Dit om aan te geven dat meerdere ontwikkelingen gelijktijdig plaatsvinden.

Die ‘éénjarige’ hoofdstukken zijn erg leuk en geven een goed beeld van wat zich op een moment in de tijd afspeelde. De opzet van het boek vind ik dan ook zeer geslaagd. Bovendien is de combinatie van Vlaamse en Nederlandse informatie erg plezierig. Wel moet worden aangetekend dat Vlaanderen het er af en toe bekaaid vanaf brengt en de ‘klaagzangen’ waar Brems op pagina 420 over spreekt ‘waarbij Nederland steevast het begeerde en beschimpte ijkpunt was’ laten ook de benadering van Vlaanderen in Brems’ boek hun sporen na. Het geeft de verbondenheid en de verschillen tussen deze culturen goed aan; waardevolle kennis wanneer men het heeft over het samenvoegen Vlaanderen en Nederland.

1945-1950
Het eerste hoofdstuk vind ik zeer interessant. Niet alleen veel informatie over de periode 1945-1950, waar ik weinig van weet, maar ook een rijker beeld van de periode rond 1950. Met name de aanleidingen, de voorgangers en de Vlaamse dimensie component in deze ontwikkeling waren nieuw of goede opfrissers voor me.

1955-1965
Het hieropvolgende hoofdstuk was wat traag, maar opnieuw zeer interessant. Dit is niet echt mijn periode, dus veel informatie was diep weggezakt. Leuk, maar traag.

1965-1975
Hoe dit hoofdstuk ooit door de eindredactie is gerold zal ik nooit begrijpen. Er gebeurde in deze periode erg veel in de literatuur, zonder dat er een leidende stroming was. De taak van de literatuuronderzoeker is het echter om eenheid in die diversiteit te scheppen. Daar is Brems helaas niet in geslaagd: het is een beetje een warboel en het hoofdstuk waarin de gelijktijdige ontwikkelingen in 1975 worden beschreven is dan ook een verademing: eindelijk begrijp je waar de afgelopen honderd pagina’s over gingen.

1975-1985
Die verademing zet zich goed door in het hoofdstuk dat de periode 1975-1985 behandelt. De diverse kampen binnen literaire discussies in Nederland en Vlaanderen worden helder en hier zie je eindelijk weer iets terug van de eerste hoofdstukkken (1945-1965) waarin ook helder wordt geabstraheerd, uiteen wordt gezet welke personen eeen rol spelen, buitenliteraire instanties en processen een plaats krijgen en het geheel wordt gelardeerd met voorbeelden en citaten.

1985-1995
En ook het op-een-na-laatste hoofdstuk van Brems deel uit deze nieuwe literatuurgeschiedenis leest prima. Helder zet hij de verschillende tendensen uit deze periode naast elkaar. Maar dan gebeuren er twee rare dingen:
Ineens worden de jeugdliteratuur (in het periodehoofdstuk) en toneel en Afrikaanse literatuur (in het jaaroverzicht) besproken. Tot op dat moment is daar nog geen sprake van geweest en Brems moet dan ook bij alle drie deze onderwerpen een historisch aanloopje nemen om het aan de periode of het jaar 1995 te koppelen.
Bovendien lijkt het jaaroverzicht meer op een opsomming, dan een gestructureerde dwarsdoorsnede. Het lijkt erop of Brems moeite krijgt lijnen in de geschiedenis te zien.

Aspecten van de literatuur rond de eeuwwisseling
Het beste is in Altijd weer vogels die nesten beginnen voor het laatst bewaard. In dit zeer overzichtelijke hoofdstuk worden enkele tendensen in de literatuur van de laatste jaren aangegeven. Voor het eerst is er sprake van hoofdlijnen in het verhaal van Brems. Wel komt Vlaanderen er zéér bekaaid vanaf in dit hoofdstuk.

Altijd weer vogels die nesten beginnen is een mooie literatuurgeschiedenis met veel boeiende feiten en een verfrissende aanpak. Toch leest het boek regelmatig erg stug en wordt de historie warrig gepresenteerd. Zeker een waardevol boek, maar ik hoop dat de andere acht delen ‘lekkerder’ lezen.

Louis Couperus, “Hooge Troeven”

 Beoordeling: 3 sterren

Koningin Alexandra, de gevallen koningin van Liparië, organiseert een groot bloemenfeest ter ere van haar zoon, koning Wladimir, die zijn moeder komt bezoeken. Wanneer Wladimir op het eiland aankomt, ontmoet hij Elena, de hofdame van zijn moeder, weer. Ze worden verliefd op elkaar en Wladimir spiegelt Elena voor dat zij zullen trouwen. Dit terwijl Wladimir is voorbestemd om te trouwen met de dochter van Keizer Othomar.
Alexandra ziet in deze onmogelijke verliefdheid een uitgelezen kans om Wladimir uit de troon te krijgen en zelf in ere hersteld te worden. Na een brief van Alexandra aan de keizer, nodigt deze Wladimir uit en geheel onverwacht wordt de opstandige Wladimir verstandig. Hij laat zijn moeder Elena, die dan weer naar Tracië is gereisd, schrijven dat het huwelijk dat is voorgesteld niet kan doorgaan en Elena keert uiteindelijk terug bij de koningin. Elena lijkt door alle smart zelfmoord te willen plegen, maar hersteld zich en neemt zich voor meer van haar leven te maken aan het hof van Wladimir.

Zowaar, er bestaat een roman van Couperus die ik leuk vind! Na Eline Vere (niet doorgekomen, verschrikkelijk!) en Noodlot (wel uit, maar er gebeurt níéts!) is dit een leuk verhaal. De stijl van Couperus, die ik in de twee eerdere (en ook vroegere) werken storend vond, is hier veel leesbaarder geworden en dat maakt het lezen van dit boek een stuk leuker. Het verhaal heeft zeker naturalistische en fin-de-siècle kenmerken, maar ze liggen er niet zo dik meer bovenop en lijken geen doel op zich. Het gaat in eerste instantie om het verhaal, dat, meen ik, ook meer dialogen en minder uitgebreide beschrijvingen bevat dan de twee eerdere boeken. Kortom: een leuk boek!

Remco Campert, “Liefdes schijnbewegingen”

Beoordeling: 3 sterren

Liefdes schijnbewegingen draait om broer en zus Lex en Trix. Trix heeft een relatie gehad met dichter Gerard Beka, maar heeft na diens verdwijning een relatie aangeknoopt met Bronzo Kamerheer. Zij is echter niet gelukkig in deze relatie. Lex heeft in de gevangenis gezeten en probeert nu zijn draai weer te vinden in de maatschappij.
Het verhaal bereikt een climax wanneer de Miss Maagdverkiezing wordt gehouden in een plaatselijk café. Trix ontmoet Gerard weer, Bronzo gaat er vandoor met een andere vrouw en Lex ontmoet er zijn oud-celgenoot Sander. De slotscène is even ongeloofwaardig als humoristisch.

Liefdes schijnbewegingen is een leuk boek en de langzame vermindering van het aantal fonetisch geschreven woorden na Het leven is vurrukkulluk is duidelijk zichtbaar. Het verhaal is vermakelijk en leest redelijk makkelijk (al is soms wat onduidelijk waar een verhaallijn ook weer begon of waar die heen moet). Een leuk boek, maar niet zo mooi als ander werk van Campert.

Jacques Perk, “Gedichten”

 Beoordeling: 3 sterren

De gedichten van Jacques Perk zijn vanaf het eerst verschijnen zo ‘hoog in de markt gezet’, dat het bijna onmogelijk is nog iets te schrijven over deze gedichten, zonder het juk van die hele historie te voelen. Toch heb ik geprobeerd deze gedichten te lezen zonder alle kennis hierover. En de gedichten getuigen van talent. Het zijn degelijke verzen met een boodschap die past binnen de tijd. Degelijk, maar niet zo mooi als bijvoorbeeld de verzen van Gorter van nog geen decennium later.