Constantijn Huygens, ’t Kostelick mal

Beoordeling: 4 sterren

In ’t Kostelick mal (de kostbare dwaasheid) steekt Constantijn Huygens de draak met alles wat uiterlijke schijn en mode betreft. Met humor, venijn en moraal trekt Huygens ten strijde en zijn belangrijkste wapen is zijn taalvirtuositeit. Een grote drempel bij het lezen van dit gedicht is wel de 17e-eeuwse taal, dus vier sterren voor de echte liefhebber!

Constantijn Huygens, “100 puntdichten”

Beoordeling: 2 sterren

De puntdichten van Huygens zijn erg leuk, maar de bundel valt nogal tegen. Er zit geen lijn in de selectie van de gedichten en de inleiding heeft weinig toegevoegde waarde. Wat nog het meest opvalt in de inleiding is de volgende zinsnede: “In elk normaal beschaafd land zouden dergelijke gedichtjes door iedereen gekend en geciteerd worden. De modale Nederlander kijkt liever tv en laat het erfgoed verkommeren”. En daarmee is de toon gezet. De dichtkunst van Huygens maakt zeer veel goed, maar deze twee sterren zijn vooral een signaal aan de samensteller Gerard van der Leeuw.

Mooie zinnenboek – Constantijn Huygens, “Wetten onnut”

Wetten onnut

De boose blyven boos, geen’ Keuren en geen’ Wetten
en konnen haer versetten:

De vrome en hoeven geen: indien mer dan op lett,
Waer toe dient Keur of Wett?

(8 februari 1669)

Nutteloze wetten
De slechten blijven slecht, geen bepaling of wet
konden hen vergoeden
De vromen hebben ze niet nodig: wanneer je er dan op let,
waartoe dienen bepalingen of wetten?