Rint Sybesma, Het Chinees en het Nederlands zijn eigenlijk hetzelfde

Het Chinees en het Nederlands zijn eigenlijk hetzelfde Beoordeling: 1 ster

Op het eerste gezicht hebben het Chinees en het Nederlands nauwelijks iets met elkaar gemeen. Zo heeft het Chinees – afgezien van de sterk verschillende klanken – geen meervoud, geen tegenwoordige en verleden tijd en geen lidwoorden (de, het).Bij nadere beschouwing blijken de talen echter allerlei overeenkomsten te hebben. Het Chinees is een toontaal. Het Limburgs is dat ook. De Chinezen zeggen blij-blij. Wij zeggen druk-druk-druk. In het Chinees zet je achter iedere zin een klein woordje om de zin wat bij te kleuren. In het Nederlands doen we dat ook hoor!Dit boek biedt inzicht in de verrassende overeenkomsten tussen twee talen die ogenschijnlijk hemelsbreed van elkaar verschillen.*

Toen ik Het Chinees en het Nederlands zijn eigenlijk hetzelfde van Sinterklaas kreeg, was ik best enthousiast: een grappig boekje, waarvan ik een opvallende invalshoek op het Nederlands verwachtte en waarin ik met plezier begon te lezen. De enige vragen die mij na (gedeeltelijke) lezing nog resten, zijn: waarom heeft Sybesma zich de moeite getroost dit boekje te schrijven? Wat moet ik ermee? Wat moet de mensheid met dit boekje? Wat is het nut? Wat is de lol? Waarom? Waaróm? WAAROM?

Dit boekje kenmerkt zich door nutteloosheid, de samenvatting van dit boekje kan in 15 bulletpoints geschieden (één per hoofdstuk), de toon is af en toe zo kleuterlijk dat je je kapot ergert als door het onderwijssysteem geworstelde lezer en van de opvallende invalshoek op het Nederlands is weinig over. Ik wens Sybesma veel succes met de verkoop van zijn boekje, want ik hoop dat niemand na lezing van deze recensie het nog in zijn hoofd haalt dit ding te kopen.

*Bron: flaptekst

Henning Mankell, Het graf

Beoordeling: 2 sterren

Kurt Wallander – de inspecteur die zijn werkterrein in het zuiden van Zweden heeft – bekijkt in Het graf een huis dat hij wil kopen. Een opknapbeurt is beslist nodig, maar het huis heeft een grote tuin en een prachtig uitzicht. Terwijl Wallander door de tuin dwaalt, maakt hij een struikeling. Pas als hij in zijn auto weg wil rijden, vraagt hij zich af waarover hij nu eigenlijk gestruikeld is. Hij loopt de tuin weer in en stuit daar op een vergane mensenhand.*

Het boek van Mankell past prima in het rijtje Baantjer en Grijpstra en De Gier. Een voorspelbare detective met een lijk, een vermoeden, een dwaalspoor en een spannende ontknoping. Niets bijzonders, ondanks pogingen van Mankell om zijn hoofpersoon iets meer psychologische diepgang en context mee te geven. Leuk voor een vakantie of een suffe treinreis, maar veel meer dan de benaming ‘grappig boekje’ mag het niet dragen.

*Bron: flaptekst Het graf

Greet Beukenkamp, Al het water van de zee

Al het water van de zee Beoordeling: 4 sterren

Pesten op school. Helaas vaak een dagelijkse praktijk. De schrijfster neemt een klas op kamp onder de loep. In elk hoofdstuk is een andere leerling de hoofdpersoon, waardoor je de klasgenoten leert kennen zoals ze zichzelf zien en gezien worden. Naarmate het verhaal vordert, gaan de scholieren steeds meer leven. De climax is dan ook zo aangrijpend, dat het voelt of je zelf in die klas zit.*

Al het water van de zee is een mooi boek en de flaptekst dekt de lading van het boek prima: het meervoudige perspectief is door Greet Beukenkamp fantastisch goed ingezet om een rijk beeld te geven van deze klas. Wel is het tempo in de eerste helft van het boek wat lager dan aan het einde. Dat zorgt uiteindelijk voor een uitgebalanceerd boek, maar het is de vraag of jongeren van 13 of 14 de moeite nemen die drempel over te gaan. Een ander kritiekpuntje is de stereotypische schets van de gezinssituatie van de leerlingen. Ondanks deze twee kritische kanttekeningen heeft Beukenkamp een goed boek geschreven over pesten dat ook nog eens mooi is om te lezen. Een aanrader voor alle kinderen én volwassenen!

*Bron: Bol.com

Herman de Man, De kleine wereld

Beoordeling: 2 sterren

De kleine wereld is de curieuze bedelaarsroman van Herman de Man, waarin twee oude zwervers, de uitgekookte Jochem en de meer filosofisch aangelegde Chef, tippelend een zakenreis maken van Schoonhoven naar IJsselstein. Al wat zij onderweg te zien en te horen krijgen, trekt aan het oog voorbij en meesterlijk weet De Man de sfeer op te roepen van deze meest Hollandse aller landstreken.*

Toen ik De kleine wereld begon te lezen, was ik nog behoorlijk enthousiast. De Man schrijft beeldend en het gebruik van dialecten werkt versterkend. Máár een plot ontbreekt. De heren Chef en Jochem trekken door het land, maken allerlei Dik Tromachtige avonturen mee, maar het leidt nergens toe. Na 50 bladzijdes weet je het wel, maar dan zit je net op een kwart van het boek! Voor mensen die van sfeerboeken zonder plot houden een aanrader, voor de meeste mensen een boek dat je beter in de kast kunt laten staan.

*Bron: flaptekst De kleine wereld

P.C. Hooft, Granida

Granida Beoordeling: 4 sterren

In een mengeling van scherts en ernst toont het spel de opzienbarende belevenissen van een eenvoudige herder en een Perzische prinses. Gedreven door de liefde ontpopt hij zich tot een ideale hoveling, zij tot een perfecte herderin. Hooft gaf in dit voorbeeldige paar de idealen uit de West-Europese renaissancecultuur gestalte.*

Na mijn teleurstelling over de Emblemata van Hooft, heb ik me zeer goed vermaakt met zijn Granida. Een goed plot, talig en poëticaal zeer sterk en na 400 jaar nog steeds zeer leesbaar. Leuk!

*Bron: Bol.com

Thea Beckman, Het geheim van Rotterdam

Het geheim van Rotterdam Beoordeling: 4 sterren

Rotterdam, Driekoningen, 1473. Truitje Blasius vindt op een straathoek een pasgeboren baby. Truitje en haar man nemen het jongetje in huis en noemen hem Caspar, naar één van de Drie Koningen.
Rotterdam wordt in die tijd bezet door Frans van Brederode, een jonker die ervan houdt om geld over de balk te smijten. De stad is voor hem een goede uitvalsbasis voor zijn veroverings- en strooptochten in de rijke omgeving.
Als Caspar tien jaar oud is ontmoet hij chirurgijn Melchior. Via meester Melchior en zijn hulp Balthasar raakt hij betrokken bij allerlei geheimzinnige activiteiten. De chirurgijn en zijn knecht proberen goud te maken en Caspar moet hen daarbij helpen, maar niemand mag het weten. Zéker jonker Frans niet…..*

Het geheim van Rotterdam is een spannende jeugdroman. Het verhaal moet even op gang komen en kent veel historische achtergrond, maar blijft door het afwijkende onderwerp binnen Beckmans oeuvre toch boeien. Wel zijn ook in dit boek Beckmans anti-klerikale en 20e-eeuwse zelfontplooiingsgedachten aanwezig. Een leuk boek!

*Bron: Bol.com

Hector Malot, Alleen op de wereld

Alleen op de wereld Beoordeling: 4 sterren

Alleen op de wereld vertelt het verhaal van de vondeling Rémi. Tot zijn achtste jaar woont hij bij zijn pleegmoeder Barberin, daarna wordt hij verkocht aan Signor Vitalis, een straatmuzikant die met zijn dieren van dorp naar dorp trekt. Onderweg bouwt Rémi een warme vriendschap op met het aapje Jolie-Coeur. Wanneer zijn kameraadje sterft aan longontsteking en Vitalis kort daarna ook, is Rémi noodgedwongen alleen verder te gaan. Na vele omzwervingen en talloze ontberingen komt hij eindelijk achter het geheim van zijn afkomst en vindt hij zijn echte moeder.*

Toen ik een jaar of tien was heb ik met betraande ogen Alleen op de wereld gelezen. Nu, ruim vijftien jaar later, heb ik het boek herlezen en ik ben nog steeds behoorlijk enthousiast. Het is een typisch romantische negentiende-eeuwse roman die veel weg heeft van het werk van Dickens. Een mooi verhaal, een opbouw waarbij uiteindelijk een heleboel gebeurtenissen in elkaar grijpen, emotie en idyllische landschappen; het zit er allemaal in. Af en toe vraag je je wel af hoe het kan dat één jongetje in een paar jaar zoveel meemaakt, maar als je je laat meeslepen met dit boek, zal iedereen snappen wat de negentiende eeuwse roman tot een prachtig genre maak.t

*Bron: Bol.com

Roald Dahl, De fantastische Meneer Vos

Beoordeling:5 sterren

De fantastisch slimme, en ook fantastisch grappige Meneer Vos woont in een hol onder een boom ergens op een heuvel. Hij is geniaal genoeg om te zorgen dat er elke dag kalkoenen, kuikens en ganzen op zijn gezinstafel staan. Tot groot ongenoegen van zijn aartsvijanden, drie boeren in het dal. Die kalkoenen en kippen moeten ten slotte érgens vandaan komen. De geniale invallen van Meneer Vos brengen de boeren tot wanhoop. Ze verklaren hem de oorlog, en gaan hem tot de tanden gewapend met geweren, schoppen en ingewikkelde vangplannen te lijf. Maar Meneer Vos zit op zijn heuvel en lacht in zijn vuistje. Zij werkzame brein broedt op nieuwe, fantastische tegenzetten.*

De fantastische Meneer Vos is mij ooit op de basisschool voorgelezen en ergens in mijn achterhoofd is me dit boek altijd bij gebleven. Het nu weer te herlezen was dan ook vooral een feest van herkenning, waarbij zelfs de spanning en emotie van meer dan 15 jaar geleden weer voelbaar werden. Dahl is een meesterlijk schrijver in dit relatief korte verhaal (in elk geval korter dan ik mij herinnerde) een hele wereld weet te schapen. Allemaal lezen en allemaal voorlezen!

*Bron: flaptekst 13e druk (1988)

Constantijn Huygens, ’t Kostelick mal

Beoordeling: 4 sterren

In ’t Kostelick mal (de kostbare dwaasheid) steekt Constantijn Huygens de draak met alles wat uiterlijke schijn en mode betreft. Met humor, venijn en moraal trekt Huygens ten strijde en zijn belangrijkste wapen is zijn taalvirtuositeit. Een grote drempel bij het lezen van dit gedicht is wel de 17e-eeuwse taal, dus vier sterren voor de echte liefhebber!

Arjen Lubach, Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend

Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend Beoordeling: 3 sterren

Op zijn vierentwintigste is Benjamin al een half leven wees. Een groot schuldgevoel heeft hem naar het buitenland gedreven, waar hij de tijd doorbrengt in gezelschap van toevallige vriendinnen en zijn eigen gedachten. Met onderkoelde humor vertelt hij over zijn leven en de mensen die daarin een belangrijke rol hebben gespeeld. Over Lotte, die op een dag zijn leven binnendenderde als een vrachtwagen een benzinestation. Over zijn vader, die hij nooit heeft gekend maar op wie hij erg lijkt – volgens mensen die zijn vader hebben gekend.  En over zijn moeder, die hij wel heeft gekend, maar veel te kort. En over oom Otto, die nooit over zijn verleden praat. Tot hij op een dag begint te vertellen. Daarna verandert alles.

Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend is een mooi debuut, maar wel één die flink wat doorzettingsvermogen kost. Het boek begint ontzettend fragmentarisch, té fragmentarisch zelfs. Allerlei losse eindjes worden je door de schrijver toegeworpen en je kunt er alleen maar in verstrikt raken. Langzaam, té langzaam, komen die lijntjes echter bij elkaar en vormen een mooi verhaal. Pas als oom Otto begint te praten, valt alles op zijn plaats en ontstaat er een geheel waar je wel met een tevreden gevoel op kunt terugkijken.

Het lezen van Lubachs debuut is alsof je een vaas die in duizenden stukjes is gebarsten weer in elkaar gaat lijmen. Eerst kost het je ontzettend veel moeite om de eerste stukjes aan elkaar te passen, maar langzaam ontstaan er fragmenten die herkenbaar worden en uiteindelijk vormen ze weer een mooie vaas. Toch vergt het boek zoveel uithoudingsvermogen dat ik het drie sterren  meegeef: niet omdat de schrijver niet goed is, maar de lezer er ook goed voor moet zijn.